Tomos Veelgestelde vragen
Tomos Opvoeren
De snorfiets is het eenvoudigst op te voeren.
Dat komt omdat de snorfiets eigenlijk gewoon een bromfiets is met een aantal aangepaste onderdelen.
Om een snorfiets op te voeren kun je deze onderdelen vervangen voor standaard bromfiets delen.
De onderdelen die je dan zult moeten vervangen zijn
Een zuiger met sleuven
Een 15mm inlaatspruitstuk
Een 14/12 of 15/15 SHA carburateur
Sproeier 53 (probeer ook 52 en 54)
Een ketting met tandwiel 26 voor en 22 achter
Een 26mm standaard uitlaat
Een cilinderkop van een bromfiets (bromkop) of een hogedruk kop (HD kop)
Je dient ook nog de begrenzing van het luchtfilter te verwijderen.
Deze zit in het aanzuigrubber van het luchtfilter en loopt door tot in je luchtfilterhuis. De ontsteking moet vervroegd worden (zie het kopje over ontstekingen).
Op deze manier zal je Tomos ongeveer 45/50 kmh rijden zonder dat hij opvalt.
Er is echter ook een goedkopere manier:
Om je Tomos op te voeren kun je ook een snellere uitlaat plaatsen (bijvoorbeeld de bullet of de biturbo).
Deze uitlaten maken meer geluid dan de originele, maar zijn ook een stuk sneller. Als je er voor kiest om een snellere uitlaat te plaatsen is het belangrijk dat je ook de afstelling van de brommer aanpast.
De meeste defecten aan een Tomos komen door een verkeerde afstelling.
De afstelling vindt plaats in de carburateur (zie het kopje carburateur afstellen).
De snorfiets zal na het vervangen van je uitlaat al rond de 35 km/h moeten lopen. Als je harder wilt kun je nog:
Een grotere carburateur plaatsen (14/12 of 15/15). Dit heeft alleen zin als je ook de begrenzing uit het inlaatspruitstuk verwijderd.
De luchtfilter begrenzing verwijderen
De ontsteking op bromstand zetten
Een andere cilinderkop monteren (bromkop of HD kop)
Een zwaardere tandwielverhouding nemen, dus een kleiner achtertandwiel (vervang ook je voortandwiel en ketting meteen).
Een zuiger met sleuven monteren
Een snellere cilinder monteren (bijvoorbeeld de 50cc Airsal of 65cc Airsal)
Om de bromfiets op te voeren zijn er een hoop onderdelen te vinden.
Het belangrijkste is de uitlaat.
De bromfiets heeft standaard een 26mm uitlaat, dat is een rechte pijp zonder expansiestuk.
De speedy uitlaat is eigenlijk hetzelfde als de standaard uitlaat, alleen heeft deze een diameter van 28mm.
Hierdoor kan de brommer harder, maar het verschil is hooguit 5 km/h.
Een expansie uitlaat maakt een stuk groter verschil en is net zo voordelig. Voorbeelden van expansie uitlaten zijn: Tecno bos, Bullet, Biturbo, Estoril en circuit (krul).
In het uitlaten overzicht zijn er nog meer te vinden.
Wanneer je de uitlaat vervangt is het belangrijk dat je er voor zorgt dat je afstelling nog klopt.
Vaak betekend een snellere uitlaat dat je een grotere sproeier moet plaatsen.
Een slechte afstelling leidt vaak tot beschadigingen in de cilinder/ zuiger.
Het is erg belangrijk dat dit goed is dus!( Zie het kopje afstelling voor meer info).
Als je je Tomos gaat opvoeren is het verstanding een B7HS bougie te gebruiken in plaats van de B6HS.
Het vervangen van de uitlaat zal je Tomos al 55/60 km/h moeten lopen (afhankelijk van je uitlaat).
Er zijn nog een aantal dingen die je kunt doen om hem nog harder te laten gaan:
Cilinderkop vervangen voor een hoge druk kop (HD kop).
Cilinder vervangen voor een snellere cilinder (Bijvoorbeeld een 50cc Airsal of 65cc Airsal).
Carburateur vervangen voor een SHA 15/15 carburateur
Een zwaardere tandwielverhouding nemen, een kleiner achtertandwiel dus (vervang ook je voortandwiel en ketting tegelijk).
Een powerfilter plaatsen
Tomos Verlichting problemen
Het schommelen van de felheid van je verlichting heeft vaak te maken met je spanningsregelaar.
De spanningsregelaar zorgt er voor dat je lampen niet onder een te hoge spanning komen te staan.
Als de spanningsregelaar stuk is krijgen de lampen wel een te hoge spanning en gaan ze dus ook feller branden.
Dit gaat echter niet vaak lang goed.
Het volledig wegvallen van je verlichting kan ook te maken hebben met kortsluiting in je circuit.
Vaak komt dat voor bij de bedrading in je achterspatbord (naar je achterlicht).
Door inveren kan je wiel de bedrading raken en steeds verder je bedrading open leggen (wat voor kortsluiting kan zorgen).
Ook de bedrading voor het remlicht is vaak de boosdoener.
Als die stekkers tegen je stuur aan komen kan er ook kortsluiting ontstaan.
Tomos Motor problemen?
Het schokken tussen de eerste en tweede versnelling kan door meerdere dingen veroorzaakt en versterkt worden.
Één van die dingen is het vraagtekenveertje.
Deze veer zorgt voor een soepele overgang van je eerste naar tweede versnelling. Vaak is deze stuk als je Tomos schokkerig overschakelt.
Je kunt testen of deze stuk is door met je Tomos achteruit te lopen.
Als je dan geschok hoort is hij stuk.
Naast de vraagtekenveer zijn de koppelingsegmenten van de tweede versnelling belangrijk voor het soepele overschakelen.
Vaak gaat de Tomos niet schokken bij overschakelen als de segmenten goed zijn en de vraagtekenveer stuk is.
De segmenten moeten soepel oppakken. Als je veel van de voering mist kan hij heel schokkerig oppakken.
Voor het netjes oppakken van de versnelling is ook een goede smering nodig.
De segmenten van de tweede versnelling moeten nat zijn van de olie.
Als er niet genoeg olie in je blok zit kan de koppeling schokkering oppakken.
lie is sowieso nodig om te vervangen als je besluit om de vraagtekenveer en / of de koppelingssegmenten te vervangen.
Als je Tomos alleen half gas goed wil rijden en wegvalt bij vol gas, dan heb je waarschijnlijk een te arm mengsel.
Dit kun je controleren door je bougie er uit te draaien.
Deze moet koffie-bruin zijn.
Als hij lichter is dan bruin, dan heb je een te arm mengsel.
Als hij donkerder is dan bruin, dan heb je een te rijk mengsel of te veel olie.
Hij zal waarschijnlijk wit zijn.
Een te arm mengsel betekend dat er in verhouding te veel lucht word aangevoerd. Of te weinig benzine, het is maar net hoe je het bekijkt.
Het is belangrijk om dat in gedachten te houden, want het probleem kan namelijk van meerdere kanten komen.
Als je Tomos het plots is gaan doen, dan kun je het probleem zoeken in valse lucht (er trekt ergens lucht door een pakking waar het niet mag) of een vuile sproeier.
De sproeier schoonmaken / doorblazen zal voldoende moeten zijn.
Houd de sproeier even in de zon en kijk door het gaatje of het een nette ronde opening is.
Als dat zo is, dan is het goed.
Voor valse lucht kun je even controleren of de carburateur nog goed op het spruitstuk zit en of het spruitstuk nog goed aan de cilinder zit.
Vaak is valse lucht niet met het blote oog te zien.
Daarom word er vaak gebruik gemaakt van de deo-test.
Met de deo-test spuit je deo op pakkingen waar mogelijk valse lucht word aangetrokken.
De deo zal je motor in gaan als op die plek daadwerkelijk valse lucht word aangetrokken.
Je motor zal daar op reageren door uit te vallen, of door hoger in toeren te gaan lopen.
Met deo kun je hier dus testen op verschillende aansluitingen.
Als het probleem zich voordoet nadat je iets hebt veranderd aan je brommer (andere carburateur, cilinder, luchtfilter, uitlaat, o.i.d), dan zul je een grotere sproeier moeten monteren.
De choke hoort er af te gaan wanneer je het gas volledig open trekt.
Als dit niet gebeurd komt dat vaak door een verbogen plaatje in de carburateur.
Ook kan het zijn dat het dekseltje niet goed gemonteerd is.
Haal de deksel van de carburateur los en monteer hem opnieuw.
Het is belangrijk dat de deksel eerst volledig afsluit terwijl je hem met de hand op zijn plek houdt.
Draai dan pas de bouten er in.
Als je de bouten aandraait terwijl de deksel er nog niet goed op zit loop je het risico om het heveltje te verbuigen waardoor de choke er niet meer af wilt.
Ook kun je controleren of de bout aan de achterkant van de carburateur nog goed vast zit.
Deze moet helemaal aangedraait zijn.
Als je geen gas geeft moet je brommer blijven lopen.
Je brommer loopt dan op een laag toerental zodat hij niet wegrijdt, dit noemen we het stationairtoerental.
Met de stationairschroef die in je carburateur zit kun je het toerental aanpassen.
Hoe verder je schroef indraaid, hoe hoger het toerental wordt.
Als je brommer niet stationair wil lopen (als hij warm is en je de stationairschroef helemaal in hebt staan), dan zijn daar een aantal mogelijke oorzaken van.
– Je membraan moet er voor zorgen dat er lucht de motor in gaat, maar niet meer terug naar de carburateur kan worden gestuurd.
Je kunt dus als het goed is door het spruitstuk blazen, maar niet zuigen.
Als je membraan niet goed meer is wil de brommer vaak niet goed lopen in lage toeren.
Na het rijden kun je dan nog weleens rook uit de carburateur zien komen (als het luchtfilter is gedemonteerd). Dit is op te lossen met een nieuw membraan.
– Valse lucht
Valse lucht kun je op meerdere plekken krijgen.
Met valse lucht bedoelen we dat de motor ergens lucht vandaan trekt waar hij normaal geen lucht zou moeten aanzuigen.
Dat kan gebeuren bij de volgende afdichtingen: Voetpakking, membraanpakking, nylon bus carburateur, rubber achter nylon bus, krukaskeerring vliegwielzijde, middencarterpakking (komt zelden voor).
Het vervangen van de afdichtingen wil het probleem vaak oplossen
– Te weinig compressie
Tijdens de compressieslag duwt de zuiger een mengsel van lucht en brandstof samen tegen de cilinderkop. Het mengsel in de cilinder wordt flink gecomprimeerd en kan daardoor, in combinatie met een vonk, ontbranden.
Als deze druk niet hoog genoeg wordt zal de brommer niet goed lopen.
Het kan zijn dat de zuigerveren niet goed afsluiten aan de cilinder.
Dat kan komen door krassen in de cilinder of versleten zuigerveren.
Tussen de cilinderkop en de cilinder zit de koppakking, die zorgt er voor dat er geen lucht kan ontsnappen tussen de cilinder en cilinderkop.
Als deze lek is verlies je druk, controleer dus of de cilinderkop goed vast zit en de pakking nog heel is. Een pakking kun je maar één keer gebruiken, dus gebruik ook direct een nieuwe koppakking.
– Verstopte vernevelbuis
Je carburateur schoonmaken is vaak één van de eerste dingen die je doet als je brommer problemen begint te geven.
Zonder een ultrasoonreiniger kun je echter vaak maar beperkt schoonmaken.
Als je bij vol gas door de carburateur kijkt zie je de vernevelbuis in het midden zitten.
De benzine gaat via de sproeier de buis in en wordt dan verneveld zodat het als kleine druppeltjes je cilinder in gaat.
In deze vernevelbuis zitten gaatjes die open moeten zijn.
Recht onder dit buisje, in het aluminium, zit een klein gaatje die zorgt voor de verneveling van benzine als de gasschuif dicht is (bij stationair).
Controleer goed of deze open is, want als deze dicht is kan dit dus er voor zorgen dat hij stationair niet (goed) loopt.
Vaak loopt hij verder wel goed.
De afstelling van je carburateur is erg belangrijk voor de duurzaamheid van je motorblok.
Een te arme afstelling kan voor warmlopers / vastlopers zorgen en een te rijke afstelling zorgt voor minder vermogen, onverbrand mengsel in je uitlaat en een vette bougie.
Het afstellen van je carburateur houdt voor de SHA carburateurs alleen in dat je de sproeier vervangt voor een grotere of kleinere sproeier.
Door het veranderen van de sproeier verander je de verhouding lucht/brandstof.
Het afstellen van je carburateur neemt tijd in beslag.
De maat die je nodig hebt voor je Tomos zal je niet vinden op google, dit is namelijk voor elke brommer anders en je zult hem dus zelf moeten afstellen.
Belangrijk
Begin altijd met een te grote sproeier en bouw het af naar beneden, als je het andersom doet kan dit schadelijk zijn voor je cilinder.
Verander tijdens het afstellen niets aan het motorblok. Het monteren van een ander luchtfilter, of uitlaat heeft invloed op je afstelling.
Als je een snellere uitlaat monteert, zal je opnieuw moeten afstellen. De sproeiermaat zal dan groter moeten worden.
Werk altijd met een warme motor tijdens het afstellen.
Gebruik mengsmering 1:50 / 1:40 en zorg er voor dat deze niet te oud of vervuild is.
Het afstellen gaat in 6 stappen:
1. Bekijk hoe je brommer op het moment loopt en oordeel of dit te arm of te rijk is, bekijk ook de bougie.
2. Stel een setje sproeiers samen aan de hand van de huidige afstelling (als hij te arm loopt koop je grotere sproeiers, als hij te rijk loopt koop je kleinere sproeiers).
3. Pak de grootste sproeier uit je setje en doe die in de carburateur om te testen. Als het goed is wil hij nu op topsnelheid niet helemaal op toeren komen en blijft hij stotteren. De bougie is na een stuk rijden zwart. Als dit niet het geval is moet je nog grotere sproeiers kopen.
4. Vervolgens ga je steeds een kleinere sproeiermaat proberen tot het gestotter op topsnelheid weg is. Het mooiste is als de brommer nog heel iets stottert voor hij echt in zijn “powerband” komt (top vermogen). Controleer bij elke sproeiermaat ook de kleur van de bougie. Deze moet uiteindelijk koffiebruin zijn, maar zal bij een te grote sproeier donkerder zijn. Deze mag zeker niet wit worden, dan is de verbranding te arm en dat kan schade veroorzaken aan je cilinder.
5. Controleer als de afstelling goed is je bougie, die moet koffiebruin zijn na een paar km rijden. Als deze te wit is zit je toch nog te arm.
6. Start je brommer en zorg dat hij warm is. Je kunt nu de stationair schroef aandraaien tot het gewenste stationair toerental. Hoe verder je hem indraait, hoe hoger het toerental.
Lukt het niet om je brommer af te stellen via het bovenstaande stappenplan? Waarschijnlijk heb je dan ergens valse lucht, of is er een ander component van he motor wat tegenwerkt.
Standaard wordt de Tomos snorfiets uitgerust met een dellorto SHA 14/9 carburateur met sproeier 49.
De Tomos bromfiets wordt standaard uitgerust met een dellorto SHA 14/12 carburateur en sproeier 53.
Dit is een indicatie voor welke maat je ongeveer nodig zult hebben.
Werk altijd volgens het aangegeven stappenplan.
De ontsteking is één van de componenten die verschillen bij een bromfiets en snorfiets.
De bromfiets heeft een grotere voorontsteking, wat inhoud dat er eerder een puls voor een vonk wordt gegeven dan wanner de ontbranding moet plaatsvinden.
Als een brommer geen voorontsteking zou hebben, dan zou deze ook niet veel harder dan stationair lopen.
Een snorfiets heeft daarom ook een voorontsteking, alleen is deze minder groot dan die van een bromfiets.
De ontsteking op bromstand zetten verhoogd het koppel en is niet schadelijk voor je motor.
Hij zal er ook nooit slechter van lopen, vaak juist beter.
Let op!
Zorg altijd voor een afstelling op snorstand, bromstand of er tussen in. Een te kleine en te grote voorontsteking kan de motor beschadigen. Ook kan de motor de verkeerde kant op gaan draaien (de brommer loopt dan achteruit).
Zorg er voor dat het vliegwiel met de spiebaan netjes over de spie gaat. Als er beschadigingen zitten aan de krukas of aan de binnenkant van het vliegwiel die op de krukas komt te zitten, dan kan dit schade veroorzaken aan de krukas en kan de ontsteking mogelijk niet goed werken.
Draai de bouten van de grondplaat voorzichtig los, deze zijn snel dol. Ook niet te strak vastzetten.
Gebruik een vliegwieltrekker om het vliegwiel los te halen
Een ontsteking met pick-up kun je niet op bromstand zetten, deze ontstekingen zijn te herkennen aan de kleine pick-up sensor en aan een 4-draads bobine.
Verwissel geen vliegwielen van contactpunten ontstekingen, 2-spoels ontstekingen, 4-spoels ontstekingen en 4-spoels ontstekingen met pick-up. Het gebruik van een verkeerd vliegwiel kan schade veroorzaken en mogelijk de brommer achteruit laten lopen.
Hoe herken je “bromstand”en “snorstand”
Bij veel carters kun je het verschil duidelijk zien, er staan namelijk 2 streepjes op het carter en 1 streep op de grondplaat.
De streep van de grondplaat moet gelijkstaan met één van de twee streepjes.
De onderste streep noemen we de snorstand.
Als je de grondplaat zo verdraaid dat de streep van de grondplaat gelijk staat met de streep van de snorstand, dan staat hij afgesteld op snorstand.
Als je hem op bromstand wilt zetten, dan verdraai je de grondplaat rechtsom tot het bovenste streepje op het carter gelijk staat met het streepje op de grondplaat.
Niet alle carters hebben deze streepjes, daar kun je alleen 2-spoels ontstekingen op afstellen (met punten).